DCM Bio Anti-Slak moet gelijkmatig over het plantenbed worden gestrooid vanaf de eerste waarneming. Maximum 4 toepassingen per gewas per jaar. Er is geen wachttijd tussen behandeling en oogst.
- Egaliseer het bodemoppervlak vóór de behandeling om te voorkomen dat de lokaaskorrels verdwijnen in spleten in de bodem.
- Verdeel de korrels gelijkmatig tussen de planten zodra de eerste slakken of de eerste vraatschade worden vastgesteld.
- Strooi niet in hoopjes of in cirkels rond de gewassen.
- Strooi vroeg in de ochtend, in de late namiddag of in de vooravond.
- Behandel bij zware aantasting ook de nabijgelegen zones, waar de slakken zich kunnen verschuilen.
- Bij zware aantasting kunnen de korrels reeds de volgende dag opgegeten zijn. Strooi dan onmiddellijk opnieuw. Dit garandeert ook de bestrijding van nieuwe generaties slakken.
- Risicobeperkende maatregel: 1 m afstand houden van oppervlaktewaters.
- Toepassingstechniek: granulaatstrooier.
Dosis
Gebruik 5 g/m² (= 200 tot 250 korrels) (1 tot 4 toepassingen met een interval van minstens 1 dag). Bewaar tussen de korrels een afstand van 7 - 8 cm.